De vrijstelling in box 3 is verhoogd van € 30.846 naar € 50.000 per belastingplichtige. Hebt u een fiscale partner, dan hebt u samen dus een vrijstelling van € 100.000. Wel gaat het tarief omhoog van 30% naar 31%. De verhoging van de box-3-vrijstelling werkt echter niet door naar de diverse inkomens- en vermogensafhankelijke regelingen, zoals de zorg- en kinderopvangtoeslag en de eigen bijdrage aan een zorginstelling.
Nieuwe aangifteplicht
Vanaf 2021 wordt voor de vermogenstoets in de inkomensafhankelijke regelingen aangesloten bij de vermogensrendementsgrondslag zonder aftrek van de vrijstelling in box 3. De inspecteur legt daartoe het bedrag van de rendementsgrondslag – voor zover dit meer bedraagt dan € 31.340 (fiscale partners € 62.680) – vast in een voor bezwaar vatbare beschikking die wordt opgenomen op de aanslag inkomstenbelasting. Daarvoor is het nodig dat de aangifteplicht voor de inkomstenbelasting en premieheffing volksverzekeringen wordt uitgebreid.
Nog steeds forfaitaire rendementen
Het systeem van box 3 wijzigt (nog) niet. Hoe groter uw vermogen is, des te meer rendement u geacht wordt te maken en dus hoe meer box-3-heffing u moet betalen. De definitieve forfaitaire rendementspercentages voor de box-3-heffing in 2021 zijn (tussen haakjes forfaitair rendementspercentages 2020):
box 3-vermogen | Forfaitair rendementspercentage |
€ 50.000 – 100.000 | 1,90% (1,80%) |
€ 100.000 – € 1.000.000 | 4,50% (4,22%) |
boven de € 1.000.000 | 5,69% (5,33%) |
Onderzoek de alternatieven
Voor de grotere vermogens is het zinvol om te kijken of er alternatieven zijn. Zo kunt u misschien beter uw eigenwoningschuld aflossen, of uw vermogen overbrengen naar een open fonds voor gemene rekening of misschien wel naar een bv? Het is de moeite waard om dit eens te laten uitzoeken.